Om de ontwikkeling van uw kind zo goed mogelijk te stimuleren, werken wij graag samen met een gevarieerd team. Er werken verschillende therapeuten bij de Iemenkorf. Zij behandelen kinderen in 1-op-1 contact of in groepsverband. Behandeling en begeleiding kan plaatsvinden binnen de groepsruimte of in een eigen therapieruimte. Doordat iedereen vanuit de eigen deskundigheid kijkt, vullen we elkaar aan en versterken we elkaar. Vaak zijn er meerdere therapeuten bij een kind betrokken.
Om passende doelen te kunnen stellen voor het kind, is het belangrijk om zicht te hebben op de mogelijkheden en beperkingen van het kind. Door middel van psychodiagnostisch onderzoek houden we bij welke nieuwe vaardigheden kinderen leren en vergelijken we dit met leeftijdsgenootjes. Op deze manier wordt duidelijk wat goed gaat en wat nog extra aandacht nodig heeft, zodat we daar ons plan op aan kunnen passen. Ook kijken we naar het emotioneel functioneren van het kind, welke problemen het ondervindt in gedrag en kan gericht onderzoek plaatsvinden naar de aanwezigheid van een ontwikkelingsstoornis.
De gedragskundig voert de regie over de behandeling van uw kind. Doordat er vaak meerdere groepsbegeleiders en therapeuten betrokken zijn bij de behandeling van het kind, is het prettig dat er een persoon de hoofdlijn volgt. De persoonlijk begeleider en gedragskundige werken nauw samen. Therapeuten worden ingeschakeld wanneer een kind deze voorwaarde nodig heeft om zijn of haar persoonlijke doelen te behalen. De gedragskundige is er verantwoordelijk voor dat voor ieder kind een ondersteuningsplan wordt samengesteld met doelen die passen bij de ontwikkeling van het kind en bij de wensen van de ouders.
De psychodiagnostisch medewerker ondersteunt de gedragskundige in het uitvoeren van onderzoeken. Dit kan bestaan uit observatie, testen afnemen of vragenlijsten invullen samen met de ouders en begeleiders van het kind.
Door signalen te delen met de omgeving, kan het kind betekenis geven aan het contact met de ander. Op de Iemenkorf wordt er in de groepen veel aandacht besteed aan communicatie. Mimiek, geluiden, gebaren, gedrag en woorden geven de mogelijkheid om duidelijk te maken hoe je je voelt en wat je behoeftes zijn. De logopediste maakt een communicatieplan voor de kinderen die dat nodig hebben. Door observatie en onderzoek worden de taalmogelijkheden van het kind in beeld gebracht. De logopediste geeft adviezen aan persoonlijk begeleiders en ouders. Als het nodig is, neemt zij kinderen in behandeling, individueel of in groepjes. Voor ouders verzorgt zij de kindergebarencursus en de Hanenoudercursus “Praten doe je met z’n tweeën”.
(klik hier voor meer informatie) http://www.detwentsezorgcentra.nl/index.php?id=19581&searchstr=hanen
Therapie en begeleiding kan worden ingezet voor kinderen die problemen ervaren in de dagelijkse vaardigheden, schools leren, de omgang met anderen, het gebruik van zintuigen en het ervaren van emoties. Deze problemen kunnen ontstaan vanuit de verstandelijke en lichamelijke beperkingen, door gedragsproblemen of door traumatische ervaringen. Therapie en begeleiding helpt het kind om te gaan met deze problemen, deze te verminderen of op te lossen. Dit kan in contact met alleen de therapeut als ook in kleine groepjes.
Muziek, met of zonder woorden, heeft invloed op de stemming van een kind. Het kan ervoor zorgen dat ze in beweging komen of juist stilletjes op hun plekje beleven en genieten. Muziek kan een belangrijke ingang zijn voor contact. Dit contact ontstaat vanuit een samenspel met de muziektherapeut of de muziekbegeleider. Het kind kan daarin actief meedoen in het maken van muziek, maar ook in het luisteren naar de muziek die voor hem of haar wordt gespeeld. Hoe een kind reageert op muziek geeft belangrijke informatie over de belevingswereld. Met deze informatie kan het kind geholpen worden bij de problemen die hij of zij ervaart.
Spelen is leren, door te spelen leer je over de wereld. Door spelen kan een kind eigen mogelijkheden en die van het materiaal ontdekken. Het kind kan door spel gevoelens uiten, spanning loslaten en experimenteren met gedrag. Door naar het spel van het kind te kijken en door mee te spelen, kom je in contact met elkaar en kun je zien wat hem of haar bezighoudt. Het kind krijgt daarmee de mogelijkheid om zijn of haar beleving met anderen te delen en kan ook ervaren hoe anderen daarop reageren. Vanuit het veilige contact en begeleiding kan het kind geholpen worden zich verder te ontwikkelen.
Een kind ontwikkelt zich op zijn of haar eigen tempo. Het bewegen van een kind kan echter, door achterstanden of stoornissen, achterblijven of zich niet voldoende ontwikkelen. Door middel van speels bewegingsspel en gerichte oefeningen, hulpmiddelen en praktische adviezen wordt het kind en zijn omgeving gestimuleerd om op een gezonde en verantwoorde wijze te bewegen. Dit alles heeft tot doel het bewegingsgedrag en de bewegingsvaardigheden van het kind te verbeteren.
Zelf iets kunnen en doen is voor een kind heel belangrijk: zoals bij het eten en drinken, wassen en aankleden, bewegen en spelen. Het vergroot de invloed op het eigen leven en laat het zelfvertrouwen groeien. Als het om welke reden dan ook niet lukt, is het fijn als je zoveel mogelijk zelf kan doen. Door te ondersteunen in de belemmeringen en het vergroten van de sterke kanten van het kind, kan een kind (weer) meedoen. Het kind en zijn of haar omgeving krijgt ondersteuning van de ergotherapeut door advies, oefening of hulpmiddelen.
Je lekker in je lichaam voelen is een voorwaarde voor ontwikkeling en welbevinden. De gezondheid van de kinderen heeft dan ook onze volle aandacht. In de groep werken verpleegkundigen en begeleiders die bevoegd zijn tot verschillende medische handelingen. Daarnaast zijn er goede samenwerkingsrelaties met kinderartsen en andere medici in de regio. Als het nodig is, kunnen wij een beroep doen op onze eigen AVG-arts en haar praktijkverpleegkundigen.